In aanloop naar de Jonge Klimaattop ontmoeten wij veel interessante en enthousiaste jongeren. Graag delen wij hun ervaringen en motivaties, niet alleen omdat dit gewoon erg leuk is, maar ook als bron van inspiratie voor jongeren zoals jij! Dit keer spraken wij met Martijn Visser (24), van NJR over zijn ervaringen met duurzaamheid in het onderwijs en zijn rol als VN Jongerenvertegenwoordiger op het gebied van duurzame ontwikkeling.
Martijn, hoe ben jij de VN Jongerenvertegenwoordiger van Nederland geworden?
Een huisgenoot van mij had het al een aantal keer geprobeerd en tipte mij hierover en eigenlijk was ik al meteen enthousiast. Al van kleins af aan ben ik geïnteresseerd geweest in natuur, klimaat en duurzaamheid en het leek mij geweldig het belang van jongeren op zo veel verschillende niveaus te vertegenwoordigen. Ik heb toen Max benaderd, die dit toen al een jaar deed, om hierover te praten, waarna ik het echt zeker wist. Vervolgens moest ik een selectie en verkiezingsproces door en ben ik het ook echt geworden. De functie is een behoorlijke uitdaging, maar omdat iedereen om je heen net zo gedreven is als jij, ga je er gewoon vol voor.
Wat doe je bij de Nederlandse Jeugdraad (NJR) en als VN Jongerenvertegenwoordiger?
NJR komt op voor de belangen van jongeren en is een overkoepelend orgaan met 42 lid-organisaties. Zo gaan wij naar de overheid om advies te geven over jongerenbeleid, maar wordt er daarnaast ook voornamelijk gewerkt aan allerlei projecten zoals het nationaal jeugddebat of ‘ik ben geweldig’ waarbij jongeren geld krijgen om iets geweldigs voor een ander te doen. NJR houdt zich dus met de meest uiteenlopende dingen bezig, zo ook duurzaamheid in het onderwijs. Met de werkgroep jong en duurzaam geeft ik een aantal keer per week les op verschillende scholen door Nederland. Zo geven we bijvoorbeeld les over de circulaire economie, duurzame kleding, voeding, maar geven we ook workshops. Duurzaamheid is natuurlijk een heel breed onderwerp, wat vanuit allerlei vakken belicht kan worden.
De VN jongerenvertegenwoordigers worden ook vanuit de NJR benoemd, vroeger ging dit niet zo democratisch, dan was het gewoon de zoon of dochter van een belangrijke diplomaat die dit deed, de eerste VN jongerenvertegenwoordiger van Nederland was prinses Beatrix. Op gegeven moment vond de overheid dat dit iets democratischer moest zijn, dus kreeg NJR de taak om te selecteren en verkiezingen te houden. Als VN jongerenvertegenwoordiger probeer je het draagvlak voor duurzaamheid te vergroten en met name op het gebied van bewustwording. Op het niveau van de Verenigde Naties zetten we dat op de kaart door bijvoorbeeld Action for Climate Empowerment (ACE) en Education for Sustainable Development (ESD). Dit zijn beide belangrijke implementatie strategieën die ervoor moeten zorgen dat iedereen toegang krijgt tot informatie of educatie over deze onderwerpen om zo zelf actief bij te kunnen dragen aan duurzame ontwikkeling. Tot nu toe wordt onderwijs over duurzaamheid vaak weggezet als iets onbelangrijks, maar dit is niet terecht, sterker nog dit zou juist gezien moeten worden als een belangrijke mitigatiestrategie voor milieuschade en klimaatverandering, want dit oplossen begint met bewustzijn creëren.
Duurzaamheid in het onderwijs, hoe moet dat eruit gaan zien?
Eigenlijk zijn onze voorgangers hier al jaren mee bezig geweest, zo heeft Ties Mouwen het verdrag Duurzaamheid in het Onderwijs weten te laten ondertekenen door 60 verschillende organisaties, 40 jongerenorganisaties en door een meerderheid van de tweede kamer, met de boodschap: er moet meer duurzaamheid in het onderwijs. Toen begon helaas de bureaucratische molen, want in plaats van dit gelijk in te stellen, moest er eerst onderzoek gedaan worden om te kijken of dit nou wel zo nodig was. Twee jaar verder, bleek dat inderdaad het geval, er wordt veel te weinig met duurzaamheid gedaan in het onderwijs, maar dit heeft tot nog geen verdere acties geleid.
Er is nu wel een plan om een soort ondersteuningskader te maken om vraag en aanbod aan elkaar te kunnen koppelen, dus als een docent iets over duurzaamheid les wil geven, dan kan hij via dit kader dit bewerkstelligen. Dit moet op deze manier, omdat wij in Nederland een systeem kennen waarin vrijheid van onderwijs van groot belang is en dat als iets dus niet in het vaste curriculum zit, dit wordt overgelaten aan de wil van de school of de docenten om hier wat mee te doen. Helaas leidt dit wel tot een disbalans, alleen kinderen met docenten die geïnteresseerd zijn in lesgeven over duurzaamheidsvraagstukken, zullen hier wat over te weten komen. Wij zijn dus hard bezig om duurzaamheid in het onderwijs wel in een vast curriculum te krijgen, zo wordt er nu gewerkt aan een nieuw curriculum wat in 2021 wordt ingesteld en tien jaar hetzelfde blijft. Het probleem is wel dat de oude hokjes nog steeds in stand gehouden worden, waardoor wij dit dus moeten onderbrengen bij één van de conventionele vakken, zoals biologie of aardrijkskunde, terwijl duurzaamheid natuurlijk heel breed is en onder veel meer vakken zou kunnen en moeten vallen. De kans is dus heel groot dat duurzaamheid een groter aandeel gaat krijgen in het onderwijs, maar het blijft nog vooral aan de docent wat voor invulling hij of zij hier aan gaat geven. Daarom zijn wij nu aan het kijken wat de mogelijkheden zijn om docenten te benaderen en les te geven hierover, zoals bijvoorbeeld op de Pabo, want als docenten zich hier normaal gesproken niet in interesseren dan kan je ook niet verwachten dat zij hun leerlingen hier les over gaan geven.
Waar komt jouw interesse voor duurzaamheid eigenlijk vandaan?
Vanaf jongs af aan heb ik van mijn ouders geleerd de natuur in te gaan, wij hadden ook veel buitenvakanties en zelfs mijn opa en oma namen mij altijd mee de natuur in. Op de basisschool riep ik al dat ik marine bioloog wilde worden en uiteindelijk heb ik ook voor deze specialisatie gekozen in mijn master Bos en Natuurbeheer, aan de universiteit van Wageningen, ik wist dus al behoorlijk vroeg wat mijn interesses waren. Een aantal jaar geleden heb ik met een aantal docenten uit Wageningen een organisatie opgericht waarbij we in Kenia een koraalrif konden herstellen. Hierbij lag de nadruk vooral ook op onderzoeken hoe je dit soort dingen het beste kan aanpakken en hier kwam eigenlijk uit dat de lokale bevolking hierbij betrekken en bewustzijn creëren het allerbelangrijkst zijn. Zo is ook mijn interesse ontstaan voor het verspreiden en stimuleren van bewustzijn.
Waarom was je bij de klimaatdialogen aanwezig?
Doordat ik dagelijks bezig ben met het vertegenwoordigen van jongeren, is het natuurlijk ook erg belangrijk te weten wat de Nederlandse jongeren zelf willen, omdat ik anders alleen mijzelf vertegenwoordig. Door bij de klimaatdialogen aanwezig te zijn kon ik goed luisteren naar wat verschillende jongerenorganisaties zien en willen, om dit vervolgens weer mee te nemen in wat wij doen en uitdragen.
Wat viel je op aan de klimaatdialogen?
Samen met Max opende hield ik een speech aan het begin van de avond, hierbij probeerde ik vooral de aanwezige jongeren te prikkelen om met creatieve en brutale oplossingen te komen en niet binnen het ‘business as usual’ plaatje oplossingen proberen te bedenken. Dit zag ik vervolgens ook zeker terug in de dialogen zelf, de jonge klimaatagenda wordt dan ook nog veel ambitieuzer dan wat er in het regeerakkoord staat. Het is belangrijk dat deze klimaatagenda niet een vaststaand plan wordt voor de komende jaren, maar dat het een dynamisch document wordt wat inspeelt op nieuwe ontwikkelingen. Bij het thema onderwijs kwam het vooral naar voren dat het huidige bureaucratische systeem soms tegenwerkt in het invoeren van duurzaamheid in het onderwijs, zoals ik net ook al had uitgelegd. Ook werd er benadrukt dat onderwijs niet moet stoppen zodra je werkt, ook hier moet je nog genoeg kansen krijgen om je te ontwikkelen. Duurzaamheid begint bijvoorbeeld een steeds grotere rol te spelen in het bedrijfsleven, dus het is belangrijk dat mensen zich daar ook nog steeds kunnen scholen op dit gebied.
Welke recente ontwikkeling op het gebied van duurzaamheid viel jou op?
Eigenlijk valt het mij gewoon op dat er nu een duidelijke shift gaande is, zo staan er nu echt concrete dingen over klimaat en duurzaamheid in het regeerakkoord en ook komt er duurzaamheid in het onderwijs. Het staat misschien allemaal nog wel in de kinderschoenen, maar het wordt in ieder geval benoemt en er worden ook zeker plannen voor gemaakt, dit was eerst nog niet of nauwelijks het geval. Ook heb ik de goede hoop dat er nu echt een klimaatminister gaat komen, het regeerakkoord laat veel dingen open, maar hierdoor heeft een minister ook veel mogelijkheden om dit zelf in te vullen.
“Een klimaatminister zou echt een impact kunnen maken op het gebied van klimaat- en milieubeleid”
Als je een dag met iemand zou kunnen ruilen, wie zou dat zijn?
Een belangrijke reden dat er tot nu toe alleen nog maar vorderingen zijn geweest op het gebied van duurzaamheid binnen het oude ‘business as usual’ model, is de sterke lobby van de fossiele energie industrie. Het meest bijzondere aan deze lobby is dat het heel erg onder de radar blijft, niemand weet hoe ze het precies doen, het is eigenlijk één groot mysterie. Het lijkt mij geweldig om voor een dag een lobbyist van de fossiele energie industrie te zijn, om te zien hoe dat er nou precies aan toe gaat, wat is nou precies hun denk- en werkwijze?
Wat is jouw tip voor jongeren met een passie voor duurzaamheid?
Het begint natuurlijk met ‘practice what you preach’, dus kijk ook vooral naar de dingen die je zelf doet. Daarnaast zijn er natuurlijk talrijke organisaties die staan te springen om jouw hulp en inzet, je kan altijd gewoon één van deze jongeren of organisaties benaderen om advies te vragen, vrijwel iedereen staat er voor open om jouw hierbij te helpen. Hou vooral ook duurzame conferenties en evenementen bezig, hier kan je allerlei mensen ontmoeten die wat met duurzaamheid doen.
Hoe ziet jouw leven na de VN eruit?
Toen ik begon was ik behoorlijk naïef, ik dacht dat de VN als hoogste orgaan de plek was waar ik de meeste impact kon maken. Toch ben je soms twee weken lang aan het lobbyen om jouw punt te maken in de hoop dat hiervan ook maar iets doorsijpelt in beleid, maar door alle bureaucratische rompslomp is het niet duidelijk wat je hier nou mee bereikt. Ik ben dus hierna wel even genezen van politiek en beleid, ook al is het een ervaring geweest die ik voor geen goud had willen missen. Ik wil over een jaar graag iets tastbaars doen, bijvoorbeeld ontwikkelingswerk. Ik wil terug kunnen zien wat ik doe, misschien dat ik over twintig jaar weer bij de politiek terecht kom.